‘Dag schat!’ De vrouw werpt een blik naar links, waar de kapper haar net over de drempel naar de straat heeft geholpen. Ze steunt op haar rollator en schrijdt met gouden kapsel en rood gestifte lippen in mijn richting.
De eerste bloemen piepen uit de plantjes, de rozen strekken hun nieuwe loten in alle richtingen uit.
‘Mooi hoor,’ zegt ze terwijl ze het groen één voor één monstert.
Ik knik dankbaar. ‘Een beetje water en veel liefde.’
Terwijl ze wegschuifelt kijkt ze me over haar schouder aan. ‘Mag ik dat ook?’
