XXXXVIII
Economie krimpt,
taal groeit per dag:
zie hier gelaatscherm
XXXXVII
Terrasje pikken
mensen kijken
ogen naar je ziel
XXXXVI
Kansen te over
de Arena
als stiltecentrum?
XXXXV
Lang zal het duren
en af en toe
stuift een haiku op
XXXXIV
Altijd op gehoopt
ook voetbal blijkt
een evenement
XXXXIII
Controlefase,
overgangsfase,
kies ook een fase!
Op straat wel ieder
van fase X
hartelijk gegroet?
XXXXII
Het raam toont mijn film:
een nieuwe dag.
De wind gaat liggen
XXXXI
Crimineel vannacht
geliquideerd
Mokum pakt draad op
XXXX
Exitstrategie,
touwtjes vieren
baasjes uit laten
XXXIX
Virus: de boodschap?
Ruimte, natuur,
minderen, samen
XXXVIII
Eindelijk zicht voor
BN-ers op
anonimiteit
XXXVII
Elke dag zondag
de winkels dicht
vader snijdt geen vlees
XXXVI
Primeur Koningsdag:
dit jaar hopen
we niet op regen
XXXV
Ajax kampioen
in deze tijd
een zekerheidje
XXXIV
Consuminderen
was maar een woord
smaakt het doen naar meer?
XXXIII
De zon lokt ons mee
een passant zegt:
‘We spelen mooi weer’
XXXII
Bedrijf zoekt talent:
bent u mensschuw?
Smetvrees, schermverslaving?
XXXI
Het ís overdraagbaar:
hoop, toewijding
liefde, vertrouwen
XXX
Rutte komt, hoe laat?
vrees, verlangen
naar papa’s woorden
“Prille begin van
de weg terug”,
dwalend door jungle…
… sidderend vangen
we de boodschap
een kat of kado?
XXIX
Kluizenaar zijn we,
holbewoner,
schuilend voor mensen
XXVIII
Een vleermuis of lab?
Complotdenkers’
hebben een speeltje
XXVII
Corona krediet
wie krijgt het niet?
Voor wie het kunst is
XXVI
Eén punt vijf meter
samenleving
past in een haiku
XXV
Op TV zie ik
handen schudden
Rare gewoonten
XXIV
De jonge Rutte
probeert een Geen-
Nieuws-conferentie
XXIII
“Grote Afsluiting”,
Besmette tijd,
je bent gebrandmerkt
XXII
De appelboom smacht:
Mag de bij mijn
bloesem omhelzen?
XXI
Kom-niet-te-dichtbij-
economie:
Stop tutoyeren
XX
‘Verdachte ontsnapt’,
zeggen kranten.
Wie van ons allen?
XIX
Stucen en schuren,
Soezen, schrijven,
Zien, zinnen en zijn
XVIII
Het nieuwe normaal
ontsproten in
abnormaliteit
XVII
Beeldbellen, het werkt
niet alleen, het woord
deugt en is, beeld schoon
XVI
Fluitende vogels
zoeven “s ochtends
op lege wegen
XV
Een app aan je lijf,
de overheid schenkt
ons een Grote Broer
XIV
Corona-lente
omhelzingen
van mijn bloemetjes
XIII
Poëzie, de pijl
die ik schiet in
zelf-isolatie
XII
Persconferenties,
onderdanen
halen boodschappen
XI
Kus de barista
deze keer maar niet.
Nieuwe routines
X
Coronacrisis,
buiten snacken
koude lentewind
IX
Zonder touw op twee
bergen klimmen,
dat is winkelen
VIII
Anderhalf meter
woorden houden
gepaste afstand
VII
Buiten maakt de boom
kleine blaadjes
Het is een begin
VI
In witte huizen
werken helden
en éen dikdoener
V
Zachte lentedag,
verrukkelijk.
Om naar te kijken
IV
Hoe gaat het met je?,
schrijf ik in apps,
mails, hoofd, hart en hier
III
Vandaag het virus
uitgelaten
met and’re baasjes
II
Soo sjel distan sing
het Nederlands
in quarantaine
I
Onbestemde tijd,
alles is nieuw
Tolken werken thuis