XXVII
Corona krediet
wie krijgt het niet?
Voor wie het kunst is
XXVI
Eén punt vijf meter
samenleving
past in een haiku
XXV
Op TV zie ik
handen schudden
Rare gewoonten
XXIV
De jonge Rutte
probeert een Geen-
Nieuws-conferentie
XXIII
“Grote Afsluiting”,
Besmette tijd,
je bent gebrandmerkt
XXII
De appelboom smacht:
Mag de bij mijn
bloesem omhelzen?
XXI
Kom-niet-te-dichtbij-
economie:
Stop tutoyeren
XX
‘Verdachte ontsnapt’,
zeggen kranten.
Wie van ons allen?
XIX
Stucen en schuren,
Soezen, schrijven,
Zien, zinnen en zijn
XVIII
Het nieuwe normaal
ontsproten in
abnormaliteit
XVII
Beeldbellen, het werkt
niet alleen, het woord
deugt en is, beeld schoon
XVI
Fluitende vogels
zoeven “s ochtends
op lege wegen
XV
Een app aan je lijf,
de overheid schenkt
ons een Grote Broer
XIV
Corona-lente
omhelzingen
van mijn bloemetjes
XIII
Poëzie, de pijl
die ik schiet in
zelf-isolatie
XII
Persconferenties,
onderdanen
halen boodschappen
XI
Kus de barista
deze keer maar niet.
Nieuwe routines
X
Coronacrisis,
buiten snacken
koude lentewind
IX
Zonder touw op twee
bergen klimmen,
dat is winkelen
VIII
Anderhalf meter
woorden houden
gepaste afstand
VII
Buiten maakt de boom
kleine blaadjes
Het is een begin
VI
In witte huizen
werken helden
en éen dikdoener
V
Zachte lentedag,
verrukkelijk.
Om naar te kijken
IV
Hoe gaat het met je?,
schrijf ik in apps,
mails, hoofd, hart en hier
III
Vandaag het virus
uitgelaten
met and’re baasjes
II
Soo sjel distan sing
het Nederlands
in quarantaine
I
Onbestemde tijd,
alles is nieuw
Tolken werken thuis