Domweg gelukkig
denkt de reiger
in de Dapperstraat
Domweg gelukkig
denkt de reiger
in de Dapperstraat
Zoveel geheimen
op de stenen
achtergelaten
Gevels, gezichten
die ontroeren
of afstand houden
Duiding is nodig,
want wat we zien
geloven we niet
Op wolken lopen
vroeg de reiger,
doe jij dat wel eens?
Identiteit
Houvast in de bocht
die geen naam mag hebben
Daarom,
als Old Amsterdam
kaas kan zijn
en Nieuw Amsterdam
dé wereldse stad
dan kan Amsterdam
alles zijn,
gerijpt en zacht,
op land in water,
met splinters aan palen,
bevallig,
verweerd.
Ach,
groots en dorps,
een uitzicht,
oud en beschilderd,
heet Amsterdam
bedrijvig en arm
bezet en bekoorlijk
en eenzaam, verliefd
want alles
is kostbaar.
Is het een park
een plein
straat
ha, een steeg
een kruispunt om over
te steken
een plek te ontvluchten
een huis om te zijn
Waar de grens is, veld,
water, kade,
waken mijn bomen
De lucht sproeit kleuren
en morst regen
over een nieuw jaar
Storm – de radio
waait met woorden.
Hoor het bewegen.
Opgaan, opdoffen
opzien, opstaan
opklaren, opslaan